Zaterdag behoort Jasper Kaesemans tot de 175 gelukkigen die een startticket konden versieren voor de kermiskoers van Ottergem waar liefst honderdvijftig renners op de reservelijst prijken.

“Het aantal koersen neemt een spectaculaire duik. Zeker in de Pajotse regio kan je de koersen nog op één hand tellen”, zegt Kaesemans. “De coronacrisis deed de koers blijkbaar geen deugd. Het organiseren van koersen wordt ook steeds moeilijker met verkeersremmers en vluchtheuvels die her en der verrijzen, terwijl er sprake is van vergrijzing bij de organisatoren die dan ook vaak nog eens met een tekort aan vrijwilligers kampen. Voor de renners betekent het alvast dat we ons steeds verder moeten verplaatsen en dat je er steeds vroeger bij moet zijn om in te schrijven.”

“Ottergem valt gelukkig nog mee. Vorig jaar versierde ik er een verre ereplaats, maar ik startte toen met een verstopte neus. Blijkbaar ben ik in deze periode vatbaar voor ziektekiemen, want vorige week diende ik Putte en Meer te schrappen wegens een kopvalling.”

Kaesemans had het voorjaar uit zijn oorspronkelijke planning geschrapt, maar veranderde het geweer van schouder.

“Ik ben van negen uur ’s morgens al in het getouw met mijn masterproef en werk steevast door tot tegen zessen aan. Doorgaans train ik nadien één uurtje op de rollen. Ik strijd dus met ongelijke wapens, maar ondanks die smalle basis finishte ik als veertiende in Gent-Staden waarvoor de ploeg me onverwacht selecteerde. In de GP Lillers werd ik 21ste na een koers over honderdtachtig kilometer. Dat betekent vier uur koersen, terwijl ik slechts vijf uur per week train. Ik verbaas dan ook mezelf, al was mijn bobijntje wel helemaal af na de Omloop van het Waasland waarin ik 41ste werd.”

Op 8 april trekt Kaesemans boven de Moerdijk naar de Omloop van de Braakman, terwijl hij verder aan zijn masterproef werkt.

“Ik schrijf een thesis over de microbiële sturing van de zuurdesemfermentatie. Het komt erop neer om te onderzoeken hoe je met verschillende ingrediënten het brood een andere smaak kan verschaffen. In juni verdedig ik mijn thesis zodat ik me in de zomermaanden volledig kan gooien op de koers.”