“Op het laatste klimmetje in Budingen heb ik nog alles of niets gespeeld, waardoor ik nog net aansluiting kon vinden met de kop van de wedstrijd. Een zevende stek werd mijn verdiende loon”, geeft Robbe Mellaerts zichzelf goede punten. Het is maar het logische vervolg van een voorlopig nog kleine reeks waarin hij geregeld dicht eindigde. “Ik opende het seizoen in Brustem waar ik als achtste eindigde op een deelnemersveld van 77 renners. De week daarna werd ik in Vollezele 24ste van, naar ik schat, zo’n 130 vertrekkers. Tijdens de interclub van Aywaille zat het gevoel ook goed, maar kreeg ik in het eerste uur af te rekenen met darmkrampen. Daarom kwam ik niet verder dan een 49ste plaats op 160 deelnemers”, aldus nog Mellaerts, die in de winter ook in het veld was te bewonderen.

Koewacht en Neerijse

“Het veldritseizoen verliep met hoogten en laagten. Ik denk dat ik vorig jaar na het wegseizoen te snel het veld ben ingedoken. Een keer ben ik zelfs uit de wedstrijd gestapt en dat hoort niet tot mijn gewoonten. Ik heb nu dan ook voortijdig een streep getrokken onder mijn crosscampagne, wat blijkbaar een goede zet was. De weg geniet voortaan absolute voorrang. Mijn volgende optreden is voor zaterdag in Koewacht in Nederland gepland. Dat zal dan zijn als lid van de zogenaamde Black Bullets, een selectie van Cycling Vlaanderen.”

“Ik hoop daar goed te zijn en de wedstrijd mee te kunnen kleuren. ’s Anderendaags zal het in Neerijse al evenmin van de poes zijn op een parcours waar de kuitenbijters kwistig liggen gezaaid”, zegt Mellaerts, die hoopt in regionale koersen al eens op het podium te kunnen klauteren. “Mijn voorkeur gaat uit naar omlopen met korte, niet al te steile beklimmingen zoals er veel in de Ardennen te vinden zijn. Kortom, inspanningen van een halve minuut waarbij de nodige punch is vereist, al laat ik mij net zo graag gaan in lange vluchten”, besluit de renner uit Rillaar.