Cappellen begon het best aan de partij en werd daar na tien minuten ook voor beloond.

“Helaas konden we niet echt een vervolg breien aan die prima start”, vertelt doelpuntenmaker Kesteleyn. “Na de 1-0 werd het bij ons allemaal wat slordiger, terwijl Racing Mechelen net beter in de match kwam. Niet dat we voor rust geen kansen meer hebben gekregen, maar de 1-1-ruststand was wel terecht.”

In een mindere tweede helft viel er weinig of geen doelgevaar te noteren. “Ons blok stond een stuk beter, waardoor Racing nauwelijks nog gevaarlijk is geweest. Al kan dat ook gezegd worden van ons. Door die iets defensievere aanpak hebben we ook zelf nog weinig kansen ge­creëerd, waardoor een gelijkspel gewoon de terechte uitslag is.”

Voor rechtsachter Kesteleyn was het pas zijn allereerste treffer van het seizoen. “Eindelijk. Niet dat ik de afgelopen jaren veel gescoord heb, maar dit seizoen speel ik toch iets aanvallender en dan is het leuk om af en toe ook eens een goaltje te kunnen meepikken. Dit smaakt in elk geval naar meer.”

Net als Kesteleyn kon ook coach Kris Lenaerts zich vinden in het gelijkspel. “Terwijl de eerste helft evengoed op 2-2 had kunnen eindigen met kansen over en weer, waren de mogelijkheden in een gesloten tweede helft een stuk schaarser”, aldus Lenaerts. “Al was dat ook ons plan tijdens de rust. Voor de pauze hadden we het bijvoorbeeld best lastig met hun opkomende backs, maar dat hebben we na de rust een stuk beter opgevangen. Je mag tenslotte niet vergeten dat Racing toch niet de eerste de beste ploeg is. Het is alleen jammer dat bij ons net iets te vaak de laatste pass ontbrak, want dan had er misschien wel meer ingezeten.”